Vanuit juridisch oogpunt heeft het aanvraagtraject voor een WTZA vergunning in belangrijke mate te maken met eisen uit de WTZA en -via het aanvraagformulier- aspecten uit de WKKGZ (Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg) en de WMG (Wet marktordening Gezondheidszorg). Op hoofdlijnen betreffen dit eisen inzake governance, de kwaliteitsbewaking en de financiële administratie en verantwoording van de zorgorganisatie. De komende weken belichten wij een aantal relevante aspecten uit de WTZA, de WKKGZ en de WMG die een rol spelen bij het WTZA-aanvraagtraject. Deze week gaan we in op de onafhankelijke rol van de interne toezichthouders. 

Bij het starten van een zorgonderneming is het vinden van de juiste functionarissen voor bestuur en intern toezicht geen sinecure. Onafhankelijkheid en het voorkomen van (de schijn van) belangenverstrengeling staan hoog in het vaandel in de zorgsector. Voor de intern toezichthouders in de zorgsector gelden daarom duidelijke onafhankelijkheidseisen die strenger zijn dan in andere sectoren. In de praktijk merken wij vaak dat bij zorgondernemingen die intern toezichthouders hebben met toezichthoudende ervaring uit andere sectoren (veelal raden van commissarissen) er een verschil van inzicht kan omstaan over die onafhankelijkheid van intern toezichthouders. Dit kan zich bijvoorbeeld uiten in de wens van een RvC lid om een gedelegeerd commissaris te installeren of in het niet melden van het bezit van een (indirect) aandelenbelang in de zorgonderneming, omdat men niet op de hoogte is van de onverenigbaarheid daarvan met de functie van intern toezichthouder. Maar ook het vervullen van een toezichthoudende rol bij een zorginstelling die in dezelfde omgeving vergelijkbare zorg verleent is niet toegestaan. De valkuil is vaak dat men met de beste intenties de toezichthoudende taak verricht en door die goede intenties geen oog heeft voor de onverenigbaarheden. Wij zien in de praktijk dat het zich vaker voordoet dan je denkt.  

 Hoe ga je hier in de praktijk nu mee om? Het begint natuurlijk bij het constateren van het bestaan van de situatie en het -langs de lijnen van wet- en regelgeving en de gedragscode– bespreekbaar maken daarvan. Door een andere achtergrond is het namelijk niet onbegrijpelijk dat bepaalde onverenigbaarheden in beginsel niet bekend zijn bij de betreffende commissaris. Tegelijkertijd mag je van een professional verwachten dat hij of zij op de hoogte is van de voor hem/haar geldende wet- en regelgeving en gedragslijnen. Daarom kan het verstandig zijn om tijdens de werving- en selectieprocedure aandacht te besteden aan de onafhankelijkheidseisen die gelden voor intern toezichthouders in de zorgsector. Op die manier wordt beter inzichtelijk welke verwachtingen de organisatie en de intern toezichthouder van elkaar hebben en of beiden bij elkaar passen. Heeft jouw organisatie hulp nodig bij het vormgeven van het intern toezichthoudend orgaan en het in kaart brengen van de rollen en bevoegdheden? abaud heeft de passende ervaring om je verder op weg te helpen een adequate onafhankelijkheidstoets in de werving – en selectieprocedure in te bouwen.  

Met de komst van de WTZA (Wet toetreding Zorgaanbieders) is er veel vraag naar begeleiding bij het starten van een zorgonderneming. Bij abaud weten we wat er komt kijken bij het opstarten van nieuwe klinieken. Bovendien begrijpen wij -als oud zorgbestuurders- dat proportionaliteit een belangrijke rol speelt bij een adviesvraag door een startende zorgonderneming. Met onze inhouse juristen kunnen we hier samen de grenzen in verkennen. Onze dienstverlening kan je volledig ontzorgen in het WTZA-traject of je extra comfort geven doordat wij meelezen op de WTZA-aanvraag of specifieke onderdelen daarvan. Wil je weten hoe wij jou kunnen helpen zodat jij alle aandacht kunt richten op zorg verlenen? Neem vrijblijvend contact op met Maud de Wildt of Bas Wilkes op 030 207 27 00. 

Deel dit artikel